Helaas, momenteel hebben wij een storing in ons systeem. Probeer het later nog eens of neem contact met ons op.
DELTA Netwerk legt overal in Nederland glasvezelnetwerken aan voor dataverkeer. De vezels in de kabels zijn van glas en zo dun als een haar. De data gaan met de snelheid van licht door de kabels. Deze technologie zorgt voor supersnel en stabiel internet en haarscherpe televisie. Hoe zit het met de zichtbaarheid en veiligheid van glasvezelkabels in de grond en in (openbare) ruimtes? In dit artikel leggen we uit hoe dit precies zit.
Glasvezelkabels zijn bestand tegen verschillende omgevingsfactoren. Een sterke kabel beschermt de glasvezels zodat ze niet zomaar kunnen breken of splinteren. Glasvezel moet volgens de AVOI (Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren) bij voorkeur op 60 centimeter diepte worden gelegd. Zo zijn ze goed en veilig in de grond weggewerkt. In sommige gebieden leggen we in overleg met gemeente kabels minder diep in de grond. De aannemer en toezichthouder van de gemeente zorgen er voor dat glasvezelkabels goed en veilig in de grond zijn weggewerkt. De DELTA Netwerk kabels zijn groen. Rode, blauwe of oranje varianten zijn van andere telecomaanbieders.
Als we een aansluiting maken in de woning, dan leggen we tijdelijk de groene kabel binnen de erfgrens. In de meeste gevallen steekt bij de gevel een kabel als sprietje uit grond of er ligt een rolletje glasvezelkabel tegen de gevel. De aannemer komt later (op afspraak) terug om de kabel weg te werken en de huisaansluiting in de woning te monteren. Bij bewoners die (nog) niet hebben gekozen voor een glasvezelaansluiting kan bij de erfgrens een glasvezelsprietje uit de grond steken. De aannemer komt later terug om de kabel afgeknipt en afgedopt onder de grond bij de erfgrens klaar te leggen voor een eventuele aansluiting in de toekomst.
Wij raden bewoners af om zelf met de kabels aan de slag te gaan. Door zelf inknippen of bewerken kan de kabel breken en kunnen glassplinters in de huid komen. Of de aansluiting wordt onbruikbaar.